wandelend elftal

Het gekkengetal

By | Broers en zussen | One Comment

De dag voor mijn 47e verjaardag check ik ’s ochtends even mijn matches op MyHeritage. Iets wat ik sinds kort niet meer dwangmatig meerdere keren per dag doe. Mijn vader heb ik immers gevonden. Dus de urgentie is verdwenen.

Daar stond hij hoor, Martin. Donorkind nummer 9 en van al Gerard’s nazaten nummer 11. Het gekkengetal. Met zestienhonderdnogwat gedeelde centimorgans. Een hele halfbroer.

En we waren (nog) net (niet?) bekomen van de schrik van ‘nummer 10’. Een prachtige, grappige, tikje lange zus die luistert naar de naam Lisette. Lisette was nog een soort ‘eerste keer’. Want Lisette kwam via Fiom. Wat ook wel weer even spannend is. Hun database is immers primair gericht op het matchen van vaders met kinderen.

Mail op vrijdagavond aan vier van ons. De vier die bekend zijn bij Fiom. Er is een zus. Commotie in de ‘handmade’-app. Er komt een zusje bij. We hebben een van ons aangewezen als contactpersoon voor Fiom en toen was het afwachten. Maandag hadden we al contact met haar, en toen begon haar toernee langs alle broers en zussen. Ik nodigde haar net als alle andere broers en zussen uit voor mijn verjaardag. Heerlijk, zo’n grote familie.

Op mijn verjaardag heb ik me trouwens meteen tranen met haar gelachen. Want tjonge, wat is het lekker slechte grappen maken met haar. Heerlijk, van die familietrekjes.

Een andere leuke verrassing is dat er opvallend weinig koffie wordt gedronken in de familie van vaders kant. Lisette vindt koffie vies. Net als ik. En nog een handjevol broers en zussen. Dus toen Martin en ik voor het eerst met elkaar belden vroeg ik hem of hij een keer samen koffie of thee wilde drinken? Martin: ‘Bah, koffie?!’

Dit jaar gingen we in een paar maanden tijd van van zes naar elf. Wat gaat 2020 ons brengen?

Lieve mensen

By | Zoektocht | 4 Comments

Ik heb een rotsvast geloof in het goede in de mens. Noem me naïef, maar dat is eigenlijk altijd zo geweest. Ik schrijf dat toe aan mijn oma Dini, je weet wel, die van de overheerlijke appeltaart. Dat was zo’n lieve zachte vrouw! De zoektocht naar mijn vader heeft me gesterkt in dat vertrouwen. Want ik heb op deze spannende reis ontzettend veel lieve en behulpzame mensen getroffen. 

Andere (volwassen) donorkinderen, die me als geen ander begrijpen en steunen. We richtten met zes van hen de Donor Detectives op (magisch!), met familie-detective Els als steun en toeverlaat. Of het nou om emotionele of praktische ondersteuning gaat, op de gekste momenten van de dag, die club en Els stonden altijd voor me klaar.

Ik heb ook veel praktische zoekhulp gekregen. Van Ivo, mijn briljante zoekengel die, na een uurtje turen, alle namen in mijn tientallen stambomen uit zijn hoofd kende. Van mijn zussen Nicole en Saskia. Nicole en ik vonden samen het snijpunt tussen stambomen van een paar DNA-matches, onze Amsterdamse voorouders Christoffel Korf en Katrina de Buijzer. Dat was het begin van de oplossing van onze puzzel. En Saskia, altijd scherp op nieuwe matches. Van alle broers en zussen, als ik geld nodig had om mensen te testen. Willen jullie me alsjeblieft 25 euro overmaken, dan koop ik een paar testjes? 

Ook wildvreemden waren niet te beroerd mij te woord te staan, te ontvangen of te helpen. Ik heb met veel mensen ‘out of the blue’ contact opgenomen de afgelopen jaren. Zonen van de betrokken artsen, die mij buitengewoon vriendelijk ontvingen. Een met Leo Swaab bevriende gynaecoloog, een stagiair van Coen van Emde Boas… Overal ging ik langs, al of niet gewapend met oma’s appeltaart. Iedereen was eigenlijk gewoon altijd even vriendelijk en begripvol.

Mensen die mij nooit ontmoet hebben, hebben mij de namen van hun ouders, grootouders of overgrootouders verstrekt. Amerikaanse matches die mij hielpen zoeken naar Nederlandse voorouders in hun boom. René, Corina en Martijn, die wel voor me wilden testen. Martijn staat hierboven met mij op de foto. Hij is mijn oudste broer en wettig kind van Gerard.

Een paar jaar geleden kende ik al deze mensen niet. En allemaal hebben ze een rol gespeeld in mijn zoektocht. Zijn ze een stukje van mijn puzzel. Belangeloos. Liefdevol. Geweldig.

Maar de allerliefsten, dat zijn natuurlijk de mensen om me heen. Ik heb het ze niet altijd makkelijk gemaakt in al mijn vastberadenheid (understatement). Ook zij hebben bijna allemaal een testje voor me gedaan. Om mogelijk anderen weer te helpen in hun zoektocht. 

Ik ben een rijk mens. Ik ken mijn wortels. En al die lieve mensen.

Gerard (1928-1991)

By | De donor, Over Ester, Zoektocht | 20 Comments

Dit is Gerard. Gerard is mijn biologische vader.

Ik vond hem na een lange zoektocht met DNA en stamboomonderzoek. De grootste stamboom die ik maakte was 4500 mensen groot. Gerard stond erin. Samen met zijn vrouw.

In februari had ik de hoogste DNA match tot nu toe te pakken. Gerda deelde 100 centimorgan met mij. Ik dacht even dat ik in de juiste tak zat met haar. Maar uit de DNA test van haar achterneef, bleek dat ik voor de gezamenlijke voorouder nog een generatie verder terug moest. De mogelijkheden waren weer eindeloos.

Ik wachtte op wederom een mooie match, maar dat duurde mijn dierbare zoekhulp Ivo (en mij ook wel een beetje) te lang. Dus gingen we op zoek naar levende nazaten van het Amsterdamse echtpaar Antonetta Korf (geboren in 1835) en Pieter de Vries (geboren in 1824). Zij hadden acht kinderen. Een van die kinderen was al uitgesloten na de match met Gerda. Zeven kinderen te gaan.

Binnen korte tijd vond ik drie mensen uit verschillende takken bereid om te testen. Allemaal lieve mensen die begrijpen dat het belangrijk is om te weten van wie je afstamt. Een van hen is mijn nieuwe grote broer Martijn.

Nu bijkomen. Ik maak me op voor een nieuwe ontdekkingsreis. Kun je gaan houden van iemand die je nooit ontmoet hebt en die al lang geleden is overleden?

Ik ben iedereen die mij in mijn zoektocht gesteund heeft eeuwig dankbaar.

Hoera! Een meisje!

By | Broers en zussen | One Comment

Twee weken geleden trakteerde ik op mijn werk op beschuit met roze muisjes. Collega’s die langsliepen keken beduusd wanneer bleek dat de beschuitjes van mij waren. Ik hielp ze uit de droom: ik heb een zusje! Ze heet Jacqueline en ze is 1 meter 81. 

Dat levert bijzondere gesprekken op. Mijn directe collega’s weten natuurlijk wel hoe het zit. Die horen me vaker over de zoektocht naar mijn biologische vader, een bezoek aan het ministerie van VWS of andere donorkind-gerelateerde activiteiten. Voor mensen die verder van me afstaan, was het even slikken. En dan toch moed verzamelen om door te vragen. Hoe zit dat dan?

Enige tijd terug, nam een KID ‘kind’ uit de praktijk van Swaab via deze site contact met me op. Ze is wat ouder dan ik, weet al geruime tijd dat ze donorkind is en had nu toch de stoute schoenen aangetrokken en zich bij de KID DNA-databank van Fiom gemeld. We belden met elkaar en in dat gesprek vroeg ik haar ook een test bij een andere databank te doen. Eentje die niet alleen ouder/kind relaties blootlegt, maar ook de DNA-band tussen broers en zussen bevestigt. Uiteindelijk heeft ze zo’n test gedaan en dan krijg je dus zomaar op een lome woensdagavond om elf uur de uitslag. Ze is onze halfzus!

Dat zorgt voor een slapeloze nacht. Zoals nieuwe broertjes en zusjes dat in andere ‘normale’ gezinnen ook doen. Ruim twee jaar geleden was ik nog enig kind. En mijn nieuwe zus is nu al mijn vierde zus. Naast twee broers. Daar word ik even stil van, hoor…

Ik heb haar dezelfde avond nog toegevoegd aan onze #handmade appgroep. En op zondag zaten we hier, als een echte familie op een Hollandse verjaardag. Met elkaar in een kring in de tuin. Elkaar te bekijken en te bevragen. Ik geniet ervan. Van die broers en zussen.  

Zeven is nog een eitje. Ik heb vrienden met 70 broers en zussen. Dat is de dagkoers. Het is altijd de dagkoers. Morgen kan het weer anders zijn.

Welkom in mijn gekke nieuwe familie, Jacqueline!

Contact

    Contact