Handmade in Amsterdam

By | Over Ester | One Comment

Mooie titel voor een stukje, hè. Ik heb hem van Donor Detective Monique gepikt. Ik vind hem prachtig. En het klopt, veel van mijn vriendjes en vriendinnetjes en al mijn broers en zussen zijn ‘handmade’, met de hand gemaakt.

Handgemaakt, dat staat in mijn beleving voor enkele stuks. Niet perfect, geen serie geproduceerd product (alhoewel?), maar met de onmiskenbare signatuur van de maker. Unieke exemplaren. Handgemaakt, dus wat duurder dan normaal. Met zorg bereid, al vraag ik me dat in dit specifieke geval soms wel af.

Het tegenovergestelde van ‘handmade’ is in het geval van donorkinderen ‘met seks gemaakt’. Die is dan weer van Ties, voorzitter van Stichting Donorkind. Hij heeft het geregeld over ‘mensen die met seks gemaakt zijn’. Dat gaat toch wel voor de meeste mensen op. Gelukkig maar.

Mijn ouders hebben nooit samen in bed gelegen. Ze zijn zelfs niet een avondje of een uurtje (desnoods met teveel drank op) verliefd geweest op elkaar. Geen liefde, geen lust. Wie weet zouden ze elkaar wel raar vinden ruiken, als ze elkaar zouden ontmoeten. Zouden ze nooit voor elkaar gevallen zijn. Zouden ze nooit kinderen hebben gekregen met elkaar, gewoon, omdat ze niet bij elkaar passen. Niet compatible zijn. En toch ben ik er.

Ik ben dus handgemaakt. Handmade. Een met zorg bereid uniek exemplaar.

 

Anonieme zaadjes en eitjes

By | Food for thought, Opinie | 3 Comments

In Nederland is het gebruik van anonieme donoren niet toegestaan. Omdat ieder kind het recht heeft om te weten wie zijn ouders zijn. Wijzer geworden door de werkwijze van voor 2004, is toen de wet aangepast. Zodat alle kinderen dat recht ook kunnen uitoefenen.

Uit ervaring weten we dat anonimiteit van donoren misstanden in de hand werkt. Donoren die oneindig vaak gebruikt worden. Of uitbuiting van eiceldonoren, zoals te zien in de documentaire ‘De babyindustrie‘.

Anonimiteit is kort gezegd niet in de haak en niet van deze tijd. Je kunt het na 2004 tegenover je (toekomstige) kind echt niet maken om hem of haar het recht op afstammingsinformatie te ontzeggen.

Reclame op de Nederlandse TV voor partijen die over de grens IVF behandelingen aanbieden met anonieme zaadjes en eitjes is dan ook echt volslagen idioot. Daarom heb ik, en vele lotgenoten met mij, een klacht ingediend bij de Reclame Code Commissie. Club van wensouders Freya laat zich door zulke partijen sponsoren (is er ook een club MET moreel kompas die advies geeft aan wensouders?). Ik behartig graag met mijn vrienden en vriendinnen van Stichting Donorkind en de Donor Detectives de belangen van donorkinderen. Ook als ze nog geboren moeten worden. Gister stonden we in AD en waren we in EenVandaag met ons pleidooi tegen in Nederland verboden behandelingen met anonieme zaadjes en eitjes.

Anonieme zaadjes en eitjes? Dat kun je in 2018 echt niet meer maken!

 

 

 

Er klopt iets niet

By | Opinie | No Comments

Ik ben donorkind. Mijn biologische vader was een anonieme zaaddonor. De wijze waarop ik gemaakt ben is niet in de haak. Waarom niet?

  1. Mijn ouders wilden graag een eigen kind. Toen dat niet lukte, wogen ze de alternatieven af. Een kind dat dan in ieder geval aan moeder verwant was, was ’the next best thing’. Beter dan bijvoorbeeld adoptie. Zelf zo graag een eigen kind willen, maar je kind het recht op afstammingsinformatie ontzeggen. Dat klopt niet. Graag een eigen kind willen, betekent dat genetica ertoe doet. Dringend advies: gun je kind wat je zelf ook graag wil, een genetische band met je familieleden. Gebruik in geen geval een anonieme donor. Dat kun je in 2018 (met wetgeving uit 2004 die dat verbiedt in Nederland) echt niet meer maken.
  2. Ik ben tot mijn achtentwintigste jaar voorgelogen door mijn ouders. Niemand vertelde me dat mijn vader niet mijn ‘echte’ (biologische) vader is. Ik ben voorgelogen door de mensen die ik het meest zou moeten kunnen vertrouwen. Over iets heel fundamenteels (‘wie is je vader’). Basisinformatie waar ik recht op heb is mij door hen (en de mensen in hun omgeving die hiervan wisten) onthouden. Dat vind ik een afschuwelijke wetenschap, die mijn vertrouwen in mensen geen goed heeft gedaan. Dringend advies: lieg niet tegen je kind. Geef een eventuele donor een plek in je gezin en in het leven van je kind. De donor is verbonden aan je kind en als je die wetenschap niet kunt omarmen, begin er dan niet aan. Anders wijs je bij voorbaat al de helft van je kind structureel af. Dat is schadelijk. Bovendien: Secrets are like landmines.
  3. Mijn oudste en jongste zus schelen vijftien jaar. Mijn biologische vader doneerde dus minimaal 15 jaar. VIJFTIEN JAAR!!! Hoeveel kinderen er zijn? We hebben geen idee… ‘Normale’ vaders krijgen vaak twee of drie of misschien vier kinderen. De mijne heeft een onbekend aantal. Tien? Vijftig? Honderd? In Nederland bedraagt het wettelijk maximum momenteel 25 kinderen per donor. Ik kan je vertellen dat het vinden van een broer en drie zussen al behoorlijk impactvol is. Vijfentwintig broers en zussen is wel erg veel. Vijftig of honderd ook.
  4. Mijn vader heeft een zeldzame erfelijke ziekte doorgegeven. Een ziekte die autosomaal overerft, ieder kind heeft 50% kans op de aandoening. Dat zijn dan tien of vijfentwintig of vijftig mensen die deze aandoening hebben en ook weer in hun onwetendheid doorgeven aan hun kinderen. Dat is afschuwelijk! Het klopt niet! Mensen horen niet zoveel kinderen te krijgen! En het is heel akelig dat we niet al onze broers en zussen kunnen waarschuwen. Omdat we ze niet kennen. Omdat 90% van ons waarschijnlijk niet eens weet dat ze donorkind zijn.

Mijn moeder wilde heel graag een (eigen) kindje. Nu ben ik volwassen, zelf moeder en op zoek naar mijn afkomst. Het klopt gewoon niet. En ik ben niet de enige die er zo over denkt. Er worden plannen gesmeed om in mei volgend jaar met 1.000 donorkinderen (‘donor conceived’) van over de hele wereld bij elkaar te komen in NYC. Ik ben begonnen met sparen. Ga je mee? Want er klopt echt iets niet…

Bloedverwanten

By | Zoektocht | 2 Comments

Op een dag word je wakker en heb je een nieuwe zus. Of een broer. Of je hebt er zes. Of 55 (waar gebeurd hè, geen grap). Als het mee (of tegen?) zit weten zij misschien al wie je biologische vader is? Als donorkind kan elke dag een nieuwe verrassing brengen. Leg dat maar eens uit aan je echtgeno(o)t(e), je vrienden of je ouders. Hoe het is om zomaar, onaangekondigd en op elk moment, met behulp van je DNA nieuwe bloedverwanten te (kunnen) vinden.

Wat doet dat met je? En wat moet of kun je ermee? Wat ben je van elkaar? Hoe ga je met elkaar om? Mag je iets verwachten? Of juist helemaal niet? Geef je invulling aan de relatie? Of kies je ervoor om alles bij het oude te houden?

Er is geen standaard recept, wanneer je halfbroers en zussen of misschien zelfs je donorvader vindt. Eigenlijk is het een nieuwe zoektocht, na het vinden. Wie nou precies wat prettig vindt. Of je op elkaar lijkt, of misschien juist helemaal niet. Of je contact wilt onderhouden, elkaar vaker wilt zien of spreken. En bij grotere groepen donorkinderen is het ook nog de vraag hoe je dat allemaal organiseert?

Ik heb nu drie zussen en een broer. De zussen spreek ik geregeld. Ik vind ze alledrie geweldig lief, maar het blijft ook gewoon gek om aan elkaar verwant te zijn en tegelijkertijd uit zulke verschillende nestjes te komen. Je deelt iets wat ik heel bijzonder vind, een kwart van ons DNA komt overeen. We hebben dezelfde vader. Maar je hebt geen gezamenlijke opvoeding genoten, hebt andere ouders. De historie ontbreekt en het is aan ons, aan de donorkinderen zelf, om te beslissen of je met elkaar een nieuwe, gezamenlijke geschiedenis gaat schrijven.

En bij donorkinderen is er nóg iets geks aan de hand. Want als ik op straat loop, kan iedere toevallige voorbijganger familie van mij zijn. Ik weet het niet, en al die mensen die niet weten dat ze donorkind zijn, hebben al helemáál geen idee! En als je dan hoort dat je donorkind bent, ga je met andere ogen de wereld in kijken. Op zoek naar herkenning. In anderen. Zeker als die anderen ook donorkind zijn. En misschien zelfs bij dezelfde dokter vandaan? Geloof me, als je herkenning zoekt, dan vind je die. Of je na DNA onderzoek nou familie van elkaar blijkt te zijn, of niet.

Er zit voor ons een nieuw familielid in de pijplijn. Keep you posted!

 

 

Contact

    Contact